Tamara (11): ‘Als ik een boek vasthoud weet ik, oké, dit is echt’

Schoolkampioen Tamara

Basisschool Sint Jozef, ’t Zand, Noord-Holland
Winnaar van de schoolronde van De Nationale Voorleeswedstrijd


Tekst en foto: Marije Ravelli

‘Ik weet nog dat ik in groep één zat, ik zag al die boeken, en ik keek naar de plaatjes, maar ik wilde weten waar het over ging. Ik voelde echt een drang om te gaan lezen. Als mijn moeder me voorlas, probeerde ik met haar mee te lezen. In groep twee kon ik zelf lezen. Ik weet nog dat ik in een grote juffenstoel mocht zitten en aan de klas voorlas.’

Grote stoel

‘De Nationale Voorleeswedstrijd was heel spannend. Ik zat helemaal te trillen. Ik zat in een grote stoel, en alle kinderen van twee scholen kwamen naar mij luisteren. Ik had een stemmetje in me dat zei: ‘Doe ik het wel goed? Moet ik het niet anders doen?’ Maar na afloop kreeg ik complimentjes, toen voelde ik me weer goed.’

In de toekomst

‘Ik vind het leuk als een verhaal zich ergens anders afspeelt. Bijvoorbeeld in de toekomst, met nieuwe uitvindingen. Stel ik word wetenschapper en ik heb dat boek gelezen, dan heb ik al een ideetje daarvoor. En als het in het verleden is, dan leer ik over een andere tijd. En als het over een ander land gaat, dan ontdek ik hoe het is om daar te leven.’

Ginny

‘Mijn favoriete personage uit een boek is Ginny uit Harry Potter. Zij heeft in het boek een dappere strijd ondergaan, en ze twijfelde nooit aan zichzelf. Ginny heeft me op een bepaalde manier wel geholpen, want vroeger was ik een heel beschaamd, verlegen meisje. En toen ik over Ginny las, dacht ik, als zij dapper kan zijn, waarom kan ik dat dan niet zijn?’

Turkse verhalen

‘Mijn vader vertelt vaak Turkse verhalen, maar dat zijn verhalen die hij uit zijn hoofd vertelt, dat was echt heel bijzonder, want het zijn allemaal verhalen die hij zelf heeft beleefd. Ik denk dat het mij wel heeft beïnvloed. Kinderen die in niet zo’n fijne omgeving opgroeien, krijgen ook niet mee hoe leuk het is om te lezen. Je krijgt niet de kans om te ontdekken dat je fantasie zo op hol kan slaan. Ja, dat heb ik wel. Als ik een boek vasthoud weet ik, oké, dit is echt. Ik ga dít boek nú lezen, niemand kan me meer tegenhouden. Dan komt mijn fantasie tot leven en dan komen de nieuwe ideeën.’